Verhalen

Steun

In de componistenworkshop groeit een idee uit tot muziek

wo 2 jul 2025

Op 12 juni 2025 vond onze eerste componistenworkshop plaats. Een mooie kans voor aanstormend talent om ervaring op te doen met een symfonieorkest van hoog niveau! Het was een fascinerend, waardevol leermoment voor zowel het orkest als de jonge componisten – én voor het publiek.

Als orkest blijven we graag in contact met componisten. Dat is cruciaal om de traditie levend te houden.

Mahler, Debussy, Ravel, Stravinsky – het zijn klinkende namen. Maar nog niet zo lang geleden was het onbekende hedendaagse muziek. Als het Concertgebouworkest hun stukken op de lessenaar zetten, riepen ze bij aardig wat mensen weerstand op. Maar doorzetten loont: geleidelijk nestelde de muziek zich in onze oren. Ondertussen komen er steeds weer jongere componisten met nieuwe ideeën op. Ligeti, Benjamin en Adams horen er inmiddels helemaal bij – de nieuwste generatie doet daar niet voor onder. Als orkest blijven we graag in contact met componisten. Dat is cruciaal om de traditie levend te houden.

Ook voor componisten is dat contact van belang. Componeren voor orkest is een specialistisch, technisch complex soort werk. Maar orkesten hebben weinig tijd – voor componisten aan het begin van hun carrière is het daarom ontstellend moeilijk om ervaring op te doen met orkesten.

Vier jonge componisten

De eerste componistenworkshop van het Concertgebouworkest was dus voor beide partijen heel welkom. Onze orkestmusici maken kennis met vier nieuwe componisten en hun verschillende ideeënwerelden, en de jonge toondichters doen ervaring op met een symfonieorkest van hoog niveau. Klopt het wat ik bedacht heb, en zo nee, hoe repareren we dat, hoe communiceer ik dat via de dirigent?

Uit een lange lijst talentvolle componisten waren er vier geselecteerd: Catharina Clement, Thomas van Dun, Primo Ish-Hurwitz en Annija Anna Zarina. Zij kregen een (betaalde) opdracht. Een paar schetsen of fragmenten, iets wat ze wilden uitproberen of wilden verbeteren in een eerder geschreven ‘mislukt’ stuk – alles mocht, maar alle vier kwamen toch met een nieuw werk van zo’n 8 minuten. Een commissie bestaande uit enkele orkestleden, componist Detlev Glanert – met wie het orkest vaak samenwerkt – en Mark van Dongen, de pas gepensioneerde assistent artistieke zaken van het orkest, had eerder dit jaar op basis van eerste schetsen al feedback gegeven die de deelnemers in hun partituur konden verwerken.

Workshop met publiek

Op 12 juni vond de uiteindelijke workshop zelf plaats in de Grote Zaal van Het Concertgebouw, in een informele setting met een klein publiek van belangstellenden. De ervaren componist Brett Dean was aanwezig als mentor, het orkest werd geleid door Jurjen Hempel. Elke componist kreeg 45 minuten ‘repetitietijd’ in aanwezigheid van belangstellenden. Muziekuitgever Donemus leverde speelmateriaal en zal de stukken later uitgeven.

Componistenworkshop
(foto: Marian van den Beuken)

Heel leerzaam voor alle aanwezigen: met soms maar een paar reparaties en aandachtspunten verander je dode noten op papier in een boeiend nieuw orkestwerk.

Het was fascinerend om mee te maken hoe de vier composities – zelfs in die beperkte tijd – opbloeiden. Onze orkestleden zijn stuk voor stuk topmusici en kunnen al die nieuwe noten prima spelen, toch drong zich iedere keer bij de eerste doorloop de gedachte op af of het stuk wel werkte, of het wel goed genoeg was. Dat bleek steeds weer een misplaatste gedachte.

De broodnuchtere dirigent Jurjen Hempel verbeterde meteen aan het begin al wat zaken. Kunnen de trombones hier meer aansluiten op de wat de hoorns doen? Mag dat ritme daar geprononceerder? Vervolgens kon de componist zelf ingrijpen of vragen stellen. De een was al snel blij met wat het orkest en Hempel zelf voorstelden, anderen hadden zelf heel specifieke ideeën over wat er verbeterd kon worden. En zo kregen de stukken binnen drie kwartier vorm en substantie. Heel leerzaam voor alle aanwezigen: met soms maar een paar reparaties en aandachtspunten verander je dode noten op papier in een boeiend nieuw orkestwerk. De componisten klaarden soms zichtbaar op. Hempel: ‘This is our goal: a happy composer’.

Een enkele keer vroeg Hempel advies aan mentor Brett Dean. Die gaf een enkele keer ingrijpender suggesties. Zo stelde hij eenmaal voor om gedurende enkele maten een hele instrumentgroep weg te laten omwille van de helderheid.

Het verhaal komt naar voren

De stijlverschillen konden nauwelijks groter zijn. De titels van alle vier de werken geven in die zin al veel weg. Fragmenten van Primo Ish-Hurwitz bleek een gelaagd, vrij complex polyfoon werk – in zekere zin het meest traditionele van de vier. Het meeste werk zat hem in het ontdekken van de grote vorm – de muziek bleek veel minder fragmentarisch dan aanvankelijk gedacht, geleidelijk kwam het verhaal meer naar voren.

De grote vorm was bij Bloom van Annija Anna Zarina al meteen duidelijk – binnen een schijnbaar kale, statische omgeving bouwde de Letse componiste met een beperkt aantal texturen en subtiele motiefjes een betoog op – het was vooral aan de dirigent om de elementjes aaneen te smeden tot een organischer, muzikaler geheel.

Vlechtwerk van ritmes

Van Catharine Clement klonk een deel uit haar pianoconcert Insneeuwing. Onze pianist Jeroen Bal nam de uitdagende solopartij op zich. De pianoklanken verbinden zich met die van slagwerk, harp en celesta tot een feërieke klankwereld – er gebeurt veel in de muziek, maar de neoromantische gebaren zijn herkenbaar en de musici konden er goed mee uit de voeten. Ook hier was het zaak alle lagen en elementen tot een overtuigend geheel samen te smeden.

Het contrast met Thomas van Dun kon nauwelijks groter. De componist laat zich inspireren door elektronische dansmuziek – zijn Knaldrang is een vlechtwerk van ritmes met allerlei accentwisselingen. Zoals verwacht was het verkrijgen van de juiste energie en helderheid hier de moeilijkheid. De noten spelen is een ding, maar hoe krijg je die in strakke, swingende ritmes onder elkaar, vooral in de wollige akoestiek van Het Concertgebouw? Misschien wel de grootste uitdaging van allemaal.

De 4 deelnemers aan de componistenworkshop ontvangen applaus
De 4 deelnemers aan de componistenworkshop ontvangen applaus(foto: Barbara Ruding)

Wees duidelijk

Uiteindelijk gaat het steeds weer om het duidelijk en helder noteren wat je wilt als componist. Zo vertelde Zarina in een interview voor Preludium over de eerste mondelinge feedback die ze kreeg op haar partituur. ‘Mijn stuk begint met trillers in de verschillende orkestgroepen. Ik heb nu de opdracht gekregen om in de partituur geen trillers te noteren, maar de noten in exact het juiste ritme uit te schrijven. Op die manier is het duidelijker voor de musici wat ik wil horen en hebben zij meer controle over de timing.’

Initiatiefnemer Mark van Dongen, onze inmiddels gepensioneerde assistent artistieke zaken, benadrukt dat het in het leerproces precies om dit soort kwesties gaat. ‘In de reguliere concertpraktijk is er soms maar twintig minuten repetitietijd voor een nieuw werk. Als de componist niet duidelijk heeft opgeschreven wat hij of zij bedoelt, dan gaat dat van die kostbare tijd af.’

Fonds Toonaangevende vrouwen in de muziek

De componistenworkshop van het Concertgebouworkest wordt mede mogelijk gemaakt door het Fonds Toonaangevende vrouwen in muziek. Met dit fonds dragen we graag bij aan een betere vertegenwoordiging van vrouwelijke dirigenten en componisten aan de internationale top van de symfonieorkesten.

Meer weten over het Fonds Toonaangevende vrouwen in muziek?

Barbara Ruding vertelt u graag meer.