Kirill Gerstein speelt Rachmaninoff en Strauss

Alan Gilbert dirigeert Nielsens Vijfde symfonie

Kirill Gerstein   Pianist 2018 Photo: Marco Borggreve
Met Richard Strauss had het Concertgebouworkest een speciale band. Carl Nielsen, Richard Strauss en Serge Rachmaninoff: hun wortels lagen hoorbaar in de Romantiek, en ze hebben alle drie met het Concertgebouworkest samengewerkt als dirigent of solist.
Met Richard Strauss had het Concertgebouworkest een speciale band.

Concertprogramma

  • Carl Nielsen

    Helios-Ouvertüre

  • Richard Strauss

    Burleske voor piano en orkest

  • Serge Rachmaninoff

    Rapsodie op een thema van Paganini

  • -- pauze --

  • Carl Nielsen

    Symfonie nr. 5

Uitvoerenden

Over dit concert

Kirill Gerstein treedt op als solist in Richard Strauss’ Burleske en Rachmaninoffs Rapsodie op een thema van Paganini. Met Strauss had het Concertgebouworkest al vroeg een speciale band. Hij dirigeerde vele malen eigen werk in Amsterdam. Zijn Burleske is een mini-pianoconcertje. Deze vroege hommage aan Brahms was bij de première een groot succes.

Serge Rachmaninoff trad diverse malen als pianist op met het Concertgebouworkest. Met zijn Rapsodie op een thema van Paganini maakte hij zijn comeback als componist, en demonstreerde hij dat de Russische Romantiek in 1934 nog springlevend was.

Nielsens vroege Helios Ouverture is nog een vrolijk stuk, terwijl de aangrijpende Vijfde symfonie alle sporen draagt van de huwelijkscrisis waarin hij intussen was beland. Beide werken spreken nog altijd aan.

Data en kaarten

Over dit concert

Kirill Gerstein treedt op als solist in Richard Strauss’ Burleske en Rachmaninoffs Rapsodie op een thema van Paganini. Met Strauss had het Concertgebouworkest al vroeg een speciale band. Hij dirigeerde vele malen eigen werk in Amsterdam. Zijn Burleske is een mini-pianoconcertje. Deze vroege hommage aan Brahms was bij de première een groot succes.

Serge Rachmaninoff trad diverse malen als pianist op met het Concertgebouworkest. Met zijn Rapsodie op een thema van Paganini maakte hij zijn comeback als componist, en demonstreerde hij dat de Russische Romantiek in 1934 nog springlevend was.

Nielsens vroege Helios Ouverture is nog een vrolijk stuk, terwijl de aangrijpende Vijfde symfonie alle sporen draagt van de huwelijkscrisis waarin hij intussen was beland. Beide werken spreken nog altijd aan.

Een voorproefje